Voorkom overlast t.g.v. vernieling, special voor de doelgroep tot ca. 15 jaar
Op verjaardagfeestjes e.d. wordt bijna altijd ook wel gesproken over vernielingen. Meestal betreft een beklad muurtje, een ten dele ingetrapte schutting / hekje, een gemolesteerde bushokje, een vervormde speeltoestel, een bekraste auto, een ingegooid raam, een inbrand gestoken conifeer, een kapot getrapte fiets, een besmeurd raam, omver geschopte planten, een gebroken straatmeubel , losgemaakte tegel / steen bestrating, opgebroken leegstaande woning enz. Het zijn nog geen halsmisdrijven maar toch.
Vaak worden de vernielers niet waargenomen maar gelukkig soms ook wel. Er bestaat ten minste de indruk dat het lang niet altijd de oudere jongeren zijn ; ook de groep jeugdigen (tot zo’n 14 a 15 jaar) laat zich niet onbetuigd.
Vernieling is veelal een uiting dat voorkomt uit een algemeen gevoel van onvrede maar uiteraard ook een disrespect voor andermans eigendommen.
De maatschappelijke impact van vernielingen is niet te onderschatten. Het kan leiden tot verpaupering van het openbaar gebied, aantasting van het leefgenot en veiligheid van omwonenden, normvervaging, negatieve beeldvorming over een wijk. Wat ook zeker niet vergeten mag worden is dat het herstel van de schade hoge kosten met zich meebrengt voor betrokken burgers en overheid. Ook werkt het demotiverend om steeds weer geconfronteerd te worden met vernielingen.
Het zou wellicht juist goed zijn onze aandacht eens te richten op die jeugdigen. Met deze groep weer op het rechte pad, is wellicht doorstroming naar de oudere jongeren (vanaf 15 jaar) te voorkomen en bestaat dus de mogelijkheid twee vliegen in een klap te vangen.
De basis tot een succesvolle aanpak van de groep jeugdigen zou kunnen zijn hen niet op een bestraffende met opgeheven vinger te benaderen maar op een manier die bij de hedendaagse jeugd past d.w.z. het vernielen bespreekbaar te maken door hen te confronteren met de gevolgen van vernielingen en door het stimuleren van de in kern wel aanwezige verantwoordelijkheidsgevoel en positief gedrag.
Om het vernielen structureel naar de achtergrond te kunnen dringen, mag de aandacht voor de individuele vernieler en de groep vernielers als geheel zeker niet ontbreken. Immers zoals reeds eerder vermeld, vernieling is een uiting van onvrede; dit kan zijn over de situatie thuis, op school, in de wijk, dorp enz. Ook kan groepsdruk een rol spelen.
Bij deze een oproep aan de ouders van jeugdigen, de basis school en voortgezet onderwijs, vernieling op zich en de overlast hiervan te bespreken. Het is bv. aan te bevelen om voorlichting tegen vernieling structureel op te nemen in ‘maatschappij’ lessen. Het effect dat daarmee wordt beoogd is het vormen van bewustwording dat vernieling geen oplossing is voor onvrede en zulk gedrag als zeer ongewenst door de omwonenden wordt ervaren.
Buurtbewoners wordt gevraagd op te letten en een gesprek met de jeugdigen niet uit de weg te gaan wanneer men een vernieling ziet gebeuren. Niet zelden ligt aan vernieling namelijk verveling ten grondslag en het is dan ook in ons aller belang aan de weet te komen wat er in de omgeving ontbreekt aan in- en ontspan mogelijkheden voor deze groep jeugdigen. Heeft u ideeën in dit opzicht, laat deze de Vereniging van Dorpsbelangen weten. Het is heel wel mogelijk dat juist voor deze leeftijdscategorie groep onvoldoende of niet passende voorzieningen voorhanden zijn.
Tot slot, meld vernielingen en overlast bij uw wijkagent voordat de groep jeugdigen het voor ons maar ook voor zichzelf onherstelbaar verpest.