Zelfregulering blijkt niet te werken.
Onder het mom van een voortdurende nationale- en internationale competitie in de beschikbaarheid van competent individueel management, worden afspraken gemaakt waardoor zij zonder gene exorbitante bedragen kunnen opstrijken.
De hoogte van de financiële beloning c.q. uitgekeerde verdienste is in relatie tot de te leveren / geleverde prestatie steeds meer zoek geraakt. Hierdoor komt een gezonde werknemers(ver)houding met dat bedrijf / organisatie en / of met bedrijven / organisaties in het algemeen onnodig onder druk te staan, met alle gevolgen van dien.
Waarom nog loyaal zijn, ingaan op een verzoek tot loonmatiging, medewerking geven aan reorganisatie enz. ? Het zal duidelijk dat de motivatie hiertoe bij de werknemers afbrokkelt wanneer de wildgroei in de beloning c.q. verdienste van (top) bestuurders niet wordt gestopt.
Het is tijd om daar waar het nog niet te laat is, alle zeilen bij te zetten door werknemers niet alléén te informeren (informatierecht WOR) en te laten meedenken over de beloning / verdiensten van (top) bestuurders en haar commissarissen maar hun met name ook de kans te geven hun eigen verantwoordelijkheid te nemen middels het instemmingsrecht in de WOR zodat niet alléén de aandeelhouders hierover de zeggenschap hebben zoals nu het geval is.
Het toekennen van adviesrecht bij wet aan medezeggenschapsraden is niet functioneel;
ook indien hiervoor de WOR wordt aangepast zal het nauwelijks aan kracht winnen.
Wellicht is het op deze manier te verwezenlijken dat er een einde te wordt gemaakt aan een systeem waarbij de raad van bestuur en de raad van commissarissen onderling de beloningen / verdiensten aan de top lijken te regelen en dat daardoor zij zelfs financieel nog winnen daar waar een deel van de werknemers ontslag wordt aangezegd; dit ten principale niet mogen.
Om zelfverrijking verder te ontmoedigen is het zeer goed te verdedigen hiervoor het belasting instrument te hanteren middels:
Het substantieel optrekken van het tarief in de inkomens- en vermogens sfeer en verderebeperking
aftrekbaarheid pensioen premies. Immers tot de dag van vandaag hebben herhaalde morele oproepen tot vrijwillig matigen nauwelijks meer opgeleverd dan discussies, die in de praktijk vooral blijken te worden gevoerd onder de mensen die er tot op heden geen zeggenschap over hebben.
Een bijkomstigheid maar niet minder belangrijk is het feit dat door deze aanpak de pot gespekt wordt waaruit gemeenschapsvoorzieningen betaald kunnen worden; het mes snijdt dus aan twee kanten.
In het bijzonder nog iets over (top) bestuurders bij (semi) overheid:
• De sector moet zich laten leiden door publieke belangen (inclusief efficiënt werken) en niet door een winst oogmerk.
Bonussen mogen dan ook alléén worden gegeven als hiervan sprake; één van de toetsing criteria zou kunnen zijn de mate van klantentevredenheid.
• In principe zijn salarissen boven die van de minister-president niet mogelijk. Indien geen medezeggenschapsraad van toepassing is en een competitieve arbeidsmarkt het toch noodzakelijk maakt van voornoemde richtlijn af te wijken, dient een verzoek tot goedkeuring aan de ministerraad te worden voorgelegd. De ministerraad dienst uiterst terughoudend te zijn met het verlenen van instemming. Een positief besluit moet bij de eerste gelegenheid gevolgd worden door openbaarmaking in de daarvoor geëigende kanalen zoals bv. de staatscourant.
• Uit oogpunt van gelijke behandeling onderzoek te starten naar mogelijkheden om wachtgeldregelingen voor de ambtenaar en haar gelijkgestelde op te heffen en deze te vervangen door het ontslagrecht zoals dat ook buiten de publieke sector van toepassing is inclusief de rechten en plichten die daaruit voortvloeien.
Bewust zijn geen niveaus ingevuld met betrekking tot o.a. de voorgestelde belasting maatregelen; de reden is dat de kennis ontbreekt om in te kunnen schatten wanneer het effect hiervan nog in overeenstemming met het beoogde doel.
Opmerking:
Aan mogelijkheden om de invloed te verminderen van speculanten (private equity partijen en hedgefondsen) en andere ongewenste financiële partijen bij overnames in Nederland, zal ik nog een apart artikel wijden.
Ook zal ik in het algemeen nog aandacht besteden aan:
1. Waar houdt de Nederlandse Corporate Governance Code in
2. Wat wordt verstaan onder een private equity partij en hedge fonds
Menno Hilverts uit Nieuw-Buinen (prov. Drente)
